Nieuws

Gemeenteraad 28 januari 2020

INZET vraagt uitleg bij het vervoerplan voor onze regio

Een beperkte agenda op 28 januari 2020. Wij pikken er de ‘belangrijkste’ punten voor u uit:

*/ Sportkampwerking zomer

De gemeente start met een vakantiesportwerking voor kinderen tussen 12 en 16 jaar. Wat ons betreft een goed initiatief. Wij zouden bij het samenstellen van het programma ook eens bij de doelgroep gaan horen wat zij graag willen.

*/ Tarief en huurreglement Feestzaal De Boot

De gemeente wenst de tarieven van de Kersepit te hanteren. Huurders kunnen kiezen voor de zaal De Boot (200 p.) of De Boot Plus (400 p.). Het door organisatoren niet opruimen van peuken wordt streng bestraft.

*/ Erkenning Opwijkse verenigingen

Het gemeentebestuur wil orde in de wildgroei aan erkende verenigingen door de jaren heen. Het bestuur wil daarom dat alle verenigingen een nieuwe aanvraag indienen op basis va dit nieuwe reglement, dat wat strikter wordt dan vroeger. Zo is er een minimum aantal leden bepaald (minimum 10 leden), wordt inzage gevraagd in het huishoudelijk reglement of de statuten, de ledenlijst en de inkomsten en is het nu een expliciete vereiste om de activiteiten in het Nederlands te laten verlopen. INZET is niet tegen het herbekijken van de verenigingenlijst, maar vraagt de gemeente wel om niet in te grijpen in het bruisende verenigingsleven of de verenigingen te beperken door middel van te strikte reglementering. Volgens de bevoegde schepen zou dat geen probleem zijn. Verder vindt INZET wel nog dat de benadering van ‘vereniging’ in het nieuwe reglement zeer klassiek is opgevat (ledenlijst nodige, voorzitter en andere officiële bestuursfuncties nodig) in tegenstelling tot de ‘moderne verenigingen’ waar mensen samenkomen omdat ze zich voor een thematiek interesseren en niet zo zeer omdat ze per se in een verenigingsorgaan willen zitten of echt wekelijks willen vergaderen. Tot slot vonden wij de bepaling dat ‘een vereniging laagdrempelig moet zijn’ en dus ‘maximum 500 euro lidgeld mag vragen’ wat contradictorisch.

*/ Samenstelling Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO)

Deze verplichte adviesraad werd uiteindelijk definitief samengesteld, bijna anderhalf jaar na de verkiezingen.

*/ Toegevoegd punt (CD&V): dranken op gemeentelijke recepties

Raadslid Lutgard Vander Borght vraagt om op gemeentelijke recepties ook te voorzien in suiker- en alcoholvrije dranken, ten behoeve van diabetici of mensen die geen suikerdranken wensen te drinken. De burgemeester wees er op dat er bij de recepties water wordt geserveerd, doch Vander Borght nam daar geen genoegen mee. De burgemeester verklaarde zich echter geen kenner van suiker- en alcoholvrije dranken en stelde voor dit voorstel verder te onderzoeken.

*/ Vragen: Tunnel Foksveldstraat

Enkele vragen door ons raadslid Luc De Ridder omtrent de plannen en vooral het blijkbaar oplopend prijskaartje voor de aanpassing/verbetering van het tunneltje onder het spoor ter hoogte van de Foksveldstraat. Uit de verslagen ter zake konden wij afleiden dat er discussie is over welke aanpassingen precies moeten gebeuren en wie welk deel zal of wil bekostigen. Duidelijke antwoorden kwamen er nog niet, Luc blijft dit dossier nauwgezet opvolgen.

*/ Vragen: Vervoersplan vervoerregio

Het decreet basisbereikbaarheid voorziet dat Vlaanderen ingedeeld wordt in 15 vervoerregio’s. Onze gemeente maakt deel uit van Vervoerregio Vlaamse Rand. Eén van de doelstellingen van het decreet is om de lokale besturen meer te betrekken bij de organisatie van het openbaar vervoer, wat wij uiteraard toejuichen.

Wij zouden echter niet willen dat de transitie van basismobiliteit naar basisbereikbaarheid een verdoken besparingsoperatie is en de kosten voor de organisatie van het openbaar vervoer op de gemeenten zullen afgewenteld worden. Wij zouden verder ook niet willen dat het aanbod aan openbaar vervoer in onze gemeente vermindert. De gemeente moet mee instaan voor beter openbaar vervoer. Maar willen we echt een modal shift bereiken, dan zullen we naast de extra investeringen in het openbaar vervoer ook moeten inzetten op allerlei infrastructuurwerken die de verkeersveiligheid en leefbaarheid ten goede komen. Willen we mensen stimuleren om de auto aan de kant te laten staan zullen we ook een alternatief moeten aanbieden. Dat vraagt om bijkomende investeringen in infrastructuur zoals fietspaden en fietsstallingen, combipunten, deelfietsen, ….

Daarom willen wij vragen om de verslagen van de Vervoerregioraad ter beschikking te stellen en van onze vertegenwoordiger een regelmatig verslag te krijgen in de gemeenteraad. Verder worden we graag geïnformeerd over welke voorstellen De Lijn doet over het aanbod aan openbaar vervoer in de gemeente, welk standpunt de gemeente inneemt t.a.v. de voorstellen van De Lijn en welke Vlaamse investeringen er in het GIP (Geïntegreerd InvesteringsProgramma) opgenomen zijn voor onze vervoersregio. We volgen dit op de voet.

Opwijk verliest met muziekclub Nosta een icoon

Vlaams minister Jan Jambon (N-VA) schrapt de subsidies van Nosta in Opwijk. De muziekclub die tot voor 3 jaar onder de naam van Nijdrop en sindsdien als Nosta meer dan 50 jaar lang een podium bood aan beginnende en gevestigde Vlaamse, Belgische en internationale bands, ziet zich dan ook genoodzaakt om de activiteiten te stoppen. En Nijdrop/Nosta zette niet alleen bands op de kaart, maar ook Opwijk zelf!

Woordvoerder Ben Moens verwoordde het pakkend op Studio Brussel:  “Bij Nosta konden we met dat geld 3 mensen te werk stellen en zo’n 50 concerten organiseren. 50 jaar aan concertgeschiedenis wordt nu naar de vuilbak verwezen. Er staan zure jaren voor de deur als er op deze tendens verder gegaan wordt.”

Nijdrop/Nosta is een referentie in de Belgische concertwereld en richtte mee het clubcircuit op. “Noem een Belgische band op, en ze hebben sowieso bij ons gestaan in Opwijk.”

Nosta kreeg voor haar laatste dossier wel nog een positieve beoordeling, maar dat leverde geen euro op. INZET is dan ook erg geschrokken en begrijpt deze beslissing niet. Opwijk verliest een belangrijk symbool en een belangrijke referentie voor onze gemeente. Ook voor de 3 jonge mensen die er tewerkgesteld zijn is dit een harde klap.

Wij bieden dan ook onze steun aan waar mogelijk.

 

An Steppé volgt Tom Bosman op in OCMW

In navolging van een interne afspraak nam An Steppé op 1 januari de plaats in van Tom Bosman in het Bijzonder Comité Sociale Dienst (OCMW). Tom zal in 2023 op zijn beurt Luc De Ridder vervangen in de gemeenteraad en als gemeenteraadslid de twee laatste jaren van deze legislatuur zetelen voor INZET.

Tom Bosman is sinds 1 januari ook voorzitter van de adviescommissie Derdewereldhuis, de gemeentelijke adviesraad ontwikkelingssamenwerking die zich bezighoudt met Noord-Zuidproblematiek en in Opwijk ook trekker is voor het label Fair Trade Gemeente.

Meerjarenplan 2020-2025: buitensporige budgetten voor sluiting overwegen, te weinig voor de belangrijke thema’s

Op de gemeenteraad van 17 december 2019 stelden de meerderheidspartijen NVA en Open VLD hun meerjarenplan voor. INZET bekeek dat plan kritisch en lichtte bij monde van gemeenteraadsleden Luc De Ridder en Marijke De Vis deze bedenkingen toe:

Voor de verkiezingen beklemtoonden NVA en Open VLD, net als zowat alle andere partijen dat er in de nieuwe legislatuur veel meer aandacht moet gaan naar fietsers. Het beleid zou daarop inzetten. In de beleidsnota 2019-2024 die de meerderheid begin 2019 presenteerde ontbrak echter het voornemen om, zoals gevraagd door INZET, een ambitieus investeringsprogramma op te zetten voor aanleg van fietspaden en veilige fietsverbindingen, bijv. naar sportcomplexen, scholen en dorpscentra. In het nu voorgelegde meerjarenplan dat de begroting bevat voor 2020 tot 2025 vinden we naast het nodige budget voor het aanleggen van de OMA-fietsroute op Opwijks grondgebied (overigens een goede zaak), slechts een zéér beperkt budget voor het aanleggen en vernieuwen van fietspaden: amper 60.000 euro per jaar!

Daarnaast heeft ze nog een budget voorzien voor de aanleg van een fietspad in de Neerveldstraat. De enige reden hiervoor is de afschaffing van de overweg in de Bolstraat. Na een eerste tussenkomst van INZET, nog voor de verkiezingen van 2018, hebben Infrabel en de gemeente dan toch ingezien dat ze de fietsers die van de richting van Opstal komen toch een alternatief moesten bieden omdat ze niet meer via de Bolstraat op Leirekensroute kunnen en de viaduct niet bepaald een veilig alternatief is. Buiten dit is er in het meerjarenplan enkel nog een budget voorzien “voor het toevoegen van extra belevingskwaliteit” (sic) langs het tracé van Leirekensroute. Men plant dus nog steeds geen acties om veilige, goed leesbare oversteekplaatsen op deze route te realiseren! Ook dat werd inde vorige legislatuur al aangekaart door INZET.

In de beleidsnota 2019-2024 stelde de meerderheid nog dat bij de herinrichting van de centrumstraten van Opwijk voetgangers en fietsers centraal zullen staan en dat het verkeer zich moet aanpassen aan de dorpskern en niet omgekeerd. Hoe ze dat zou doen, verduidelijkte ze niet. Met het meerjarenplan blijven we nu echter helemaal op onze honger zitten. Onder het actieplan “Inzetten op veilige mobiliteit” is er enkel de actie ‘uitvoering parkeer- en verkeerscirculatieplan’ waarin “veiligheid en mobiliteit samenkomen” en waarvoor men elk jaar een bedrag voorziet van 0,0 euro! We zullen dan maar hopen dat het geld dat onder het actieplan ‘verfraaiing dorpskernen’ is voorzien voor de verfraaiing van Opwijk-centrum, in belangrijke mate zal gaan naar de herinrichting van de straten in functie van fietsers en voetgangers.

Over verfraaiing van dorpskernen gesproken, voor de verfraaiing van de dorpskern van Mazenzele is een budget voorzien van amper 15.000 euro. Moet men daarmee het centrum van Mazenzele terug een aangenaam dorps karakter geven met minder asfalt en meer groen en tegelijk de problematiek langs de steenweg aanpakken? Wij denken dat dat budget niet zal volstaan

Waar besteedt de meerderheid dan wel geld, zeer veel geld aan? Met het meerjarenplan is nu duidelijk geworden welke ongedekte cheque ze eerder heeft uitgeschreven toen ze het princiepsakkoord met Infrabel ondertekende voor de sluiting  van de overwegen. De kostprijs voor de gemeente is in het huidige meerjarenplan voorlopig begroot op 1.232.900 euro, of méér dan 1,2 miljoen euro!

In haar beleidsnota 2019-2024 gaf de gemeente aan de open ruimte tussen de kernen te willen vrijwaren (en ook het zicht op de open ruimte). We vroegen toen hoe het bestuur dat wil realiseren. Dat bleek immers niet uit de beleidsnota, behalve wat betreft de woonuitbreidingsgebieden die ze niet wil laten bebouwen. In het huidig meerjarenplan vinden we evenmin een antwoord op die vraag. Na het eerste volledige beleidsjaar van deze legislatuur vinden we in het meerjarenplan 2020-2025 nauwelijks tot geen concrete, gebudgetteerde acties voor bescherming van de open ruimte.

Meer groen in onze gemeente is iets wat ook N-VA en Open VLD voor de verkiezingen verklaarden belangrijk te vinden. De acties die daarover in het meerjarenplan zijn terug te vinden, ambiëren echter hooguit vergroening van dorpskernen, straatbeelden, begraafplaatsen en andere gemeentelijke eigendommen. De meeste acties zijn overigens weinig meer dan voortzetting van bestaand beleid (duurzaam bermbeheer of onderhoudsvriendelijk, kwaliteitsvol groen in openbare perken en plantsoenen). Geen spoor van (nieuwe) acties en budgetten voor het versterken van de natuur- en belevingswaarde van het ons omringende landschap, bijv. door natuur- en bosverbindingen te creëren tussen bossen en beekvalleien of door het geboortebos of andere boskernen uit te breiden.

Ook op vlak van energie- en klimaatbeleid stelt het meerjarenplan teleur. Uiteraard is er nieuwe burgemeestersconvenant 2030 en de belofte van de meerderheid om acties te ondernemen in functie van de nieuwe doelstellingen voor een verdere daling van energieverbruik en CO2-uitstoot. Maar, behalve het voorzien in verdere energiebesparende maatregelen aan gemeentelijke gebouwen, het werken met hernieuwbare energie in het nieuwe bedrijventerrein en het uitbreiden van het aantal oplaadpunten voor elektrische voertuigen (waarvoor 0 euro is voorzien), zijn er geen concrete acties en moeten we het voor eventuele bijkomende acties stellen met een budget van 20.000 euro per jaar.

Acties voor het promoten en ontwikkelen van het openbaar vervoer zijn niet te vinden. Evenmin te vinden: acties voor het promoten en ondersteunen van alternatieve vormen van mobiliteit zoals carpoolen en autodelen. Wat dit laatste betreft, stelden we eerder al voor dat de gemeente hier een voorbeeldrol zou kunnen vervullen door één of meerdere dienstvoertuigen in te schakelen in een autodeelnetwerk voor gebruik in het weekend.

Ontbreekt ook: een actieplan voor het verhogen van de energie-efficiëntie van bestaande, oudere privéwoningen. In dit verband verwijzen we naar ons eerdere INZET-voorstel om een ondersteunings- en begeleidingsprogramma uit te werken voor eigenaars van verouderde woningen, met het oog op het isoleren en op andere wijze energiezuiniger maken van deze woningen. De gemeente kan hiertoe een samenwerkingsverband opzetten met de netbeheerder (Fluvius) en andere organisaties zoals 3Wplus en Lokaal Woonbeleid.

INZET betreurt dat de meerderheid in haar meerjarenplan 2020-2025 slechts één project voor zuivering van afvalwater opneemt (Kalkestraat). Op die manier zal de deadline om tegen 2027 de kwaliteit van het oppervlaktewater op een goed niveau te brengen, nooit gehaald worden. Dit moet gebeuren door het rioolwater te zuiveren voor het in een waterloop terecht komt. De waterkwaliteit in de Vlaamse beken en rivieren behoort nog altijd bij de slechtste van Europa. In gidsland Nederland wordt 99% van alle huishoudelijke afvalwater gezuiverd. Op onze opmerkingen hierover reageerde de bestuursmeerderheid van N-VA en Open VLD enkel door de schouders op te halen en te stellen dat Vlaanderen wel opnieuw van Europa een uitstel van de deadline zal bekomen…

Naast deze opmerkingen én een aantal bevestigingen van door de meerderheid gemaakte keuzes, hadden onze raadsleden nog tal van punctuele opmerkingen (bijvoorbeeld aan het gebrek aan visie en budget voor communicatie, te weinig budget voor jeugd, ontbreken van innoverende vormen van participatie, …) op de voorliggende begroting. Verklaren dat alle partijen het meerjarenplan van de meerderheid gewoon volgen is de waarheid dan ook geweld aan doen.

 

INZET wil belasting schrappen op onbebouwde percelen in woongebied met landelijk karakter of in woonuitbreidingsgebied

Opwijk heeft een gemeentebelasting op de niet-bebouwde percelen, gelegen in gebieden bestemd voor wonen en palend aan een openbare weg die voldoende is uitgerust. ‘Op die manier stimuleert men het bouwen van een woning (of de verkoop aan bouwlustigen) of geeft men minstens het signaal dat het onbebouwd laten van deze percelen ongewenst is ongeacht de aard van het woongebied’, stelt Luc De Ridder. Dit staat volgens INZET haaks op de intentie om de open ruimtes maximaal te vrijwaren.

We wensen de open ruimte buiten onze dorpskernen zoveel mogelijk open te houden. Dan moeten we oude maatregelen die hier haaks op staan, opheffen of aanpassen. Eén van die maatregelen is de belasting op onbebouwde percelen. Met deze belasting geeft de gemeente als duidelijke boodschap dat het aangewezen is de percelen sneller te bebouwen of te verkopen aan bouwlustigen. Ze houdt daarbij geen rekening met de ligging van het perceel in kwestie.

Om onze open ruimtes maximaal te vrijwaren stelt INZET voor om van deze gemeentebelasting de landelijke woongebieden (‘woongebied met landelijk karakter’) en aansluitend ook de woonuitbreidingsgebieden (van mogelijk belang voor percelen palend aan een uitgeruste weg) uit te sluiten.

INZET vraagt oprichting gemeentelijk open ruimtefonds

Dat Opwijk volgebouwd wordt en we de open ruimte zo veel mogelijk moeten vrijwaren, zijn veel gehoorde uitspraken. Daarom stelt INZET voor om een gemeentelijk open ruimtefonds op te richten.

Als gemeente is het aangewezen om zelf instrumenten te creëren en middelen te voorzien om de open ruimte te beschermen, met name op locaties waar we de verdere versnippering van het landschap en verdere lintbebouwing willen tegengaan. De bestemming van zones die in aanmerking komen voor woningbouw wijzigen naar een bestemming waar woningbouw niet toegelaten is, is echter niet evident of zelfs vaak onbetaalbaar door de mogelijkheid om planschade te vorderen.

Daarom stelt INZET voor om een open ruimtefonds op te richten. Gemeenteraadslid Luc De Ridder: “Met de middelen daaruit kan de gemeente heel gericht kavels ‘vrijkopen’, op plaatsen waar een verdere versnippering van het landschap absoluut te vermijden is of waar bebouwing voor langere tijd niet wenselijk is zoals het geval kan zijn in woonuitbreidingsgebied.”

Dit fonds kan bijvoorbeeld als volgt gespijsd worden:

1) door wie in de kern gaat verdichten met meergezinswoningen de verplichting op te leggen, via een gemeentelijk reglement, om per wooneenheid een bepaald bedrag in dat fonds te storten. Op die manier draagt de ‘verdichter’ bij aan het behoud van de open ruimte en dus aan de gemeenschap.

2) met de middelen die de gemeente vanaf 2020 tot en met 2025 jaarlijks van de Vlaamse regering zal ontvangen vanuit een nieuwe financieringslijn voor het beheer en de vrijwaring van de open ruimte. Voor Opwijk gaat het om een subsidiebedrag van gemiddeld ongeveer 165.000 euro per jaar.

Lees hier de details van dit voorstel: Voorstel gemeentelijk open ruimtefonds

Heroriënteer de verwervingspremie naar een energiepremie

Vandaag voorziet de gemeente in een verwervingspremie van 5.000 euro (voor een woning) of 3.000 euro (voor een appartement) voor jongeren uit Opwijk bij aankoop van een eerste eigendom. INZET wil deze premie heroriënteren en koppelen aan investeringen in energiezuinige maatregelen.

Het is voor jongeren uit onze gemeente moeilijker geworden om in Opwijk een woning of appartement te kopen door de hoge kostprijs. In de vorige legislatuur besliste het gemeentebestuur daarom om een verwervingspremie van 5.000 euro (voor een woning) of 3.000 euro (voor een appartement) in het leven te roepen.

Volgens INZET schiet deze premie zijn doel voorbij. ‘Op een woning die verkocht wordt aan 300.000 euro, de notariële en andere kosten buiten beschouwing gelaten, maakt een premie van 5.000 euro slechts 1,6 % uit. Opwijkse jonge mensen die zich een woning aan een dergelijk bedrag niet kunnen veroorloven, zullen zich dat evenmin kunnen mét die premie’, zeggen gemeenteraadsleden Luc De Ridder en Marijke De Vis. ‘Daarom willen we de premie koppelen aan investeringen in energiebesparende maatregelen.’ Op die manier is er een directe meerwaarde voor onze gemeente: minder energieverbruik resulteert in minder CO2-uitstoot.

‘En daarmee vangen we twee vliegen in één klap’, klinkt het. ‘We behouden de ondersteuning voor jonge mensen die in Opwijk een eigen woonst willen verwerven én we stimuleren investeringen in energiebesparende maatregelen.’ Op die manier heroriënteert INZET de verwervingspremie die gericht is op de individuele koper naar een energiepremie met een bredere maatschappelijk relevantie.

Lees dit voorstel hier meer in detail: Voorstel_van verwervingspremie naar energiepremie

Voorstel terugbetaling anticonceptie voor vrouwelijke leefloners

Vanuit de vaststelling dat de kost van anticonceptiva nog te vaak als een drempel gezien wordt voor mensen die in een moeilijke financiële situatie zitten, stelt de INZET-fractie voor om over te gaan tot de terugbetaling van anticonceptiva aan vrouwelijke cliënten met een leefloon.

Dit voorstel kadert in de toegankelijkheid van anticonceptiemiddelen voor mensen met een leefloon. Het voorstel omvat volgende luiken.

  • Ten eerste: de kosten voor anticonceptie kunnen voor deze groep een drempel zijn nemen sowieso een zeker aandeel uit het budget.
  • Ten tweede: terugbetaling van de kosten voor anticonceptiemiddelen moet gepaard gaan met individuele sensibilisering
  • Tot slot is er de grote symboolwaarde naar de hogere overheden.

Onderzoek van de Onafhankelijke Ziekenfondsen uit 2019 wees uit dat het risico om op jonge leeftijd zwanger te worden groter is bij vrouwen in precaire socio-economische situaties dan bij andere jonge vrouwen. In 2016 werd 2,2% van de jonge vrouwen tussen 14 en 20 jaar met het statuut verhoogde tegemoetkoming zwanger, tegenover 0,7% van de vrouwen zonder dit statuut.

Uit hetzelfde onderzoek bleek dat jonge vrouwen met het statuut verhoogde tegemoetkoming minder anticonceptiva gebruiken. Bij 18-jarige vrouwen was dat 40,5% tegenover gemiddeld 58,1%. Bij 20-jarigen is het aantal licht gestegen, maar is het verschil groter: 44,7% voor de groep met verhoogde tegemoetkoming tegenover 65,8% gemiddeld.

De bedoeling van dit voorstel is de toegang tot anticonceptiemiddelen te verlagen om zo ongewenste zwangerschappen omwille van financiële redenen te voorkomen.

Het gebruik van anticonceptiemiddelen kan daarbij in geen geval verplicht worden. Het blijft de keuze van de individuele cliënte. Deze maatregel is dus geenszins bedoeld om geboortebeperking bij een bepaalde groep te stimuleren. Het kan derhalve ook geen verplichte voorwaarde zijn voor toekenning van leefloon.

Alleen terugbetaling voorzien is echter niet genoeg, er moet ook gesensibiliseerd worden. Die gesprekken moeten hulpverleners/maatschappelijk werkers aangaan op individueel niveau.

De gemiddelde leeftijd waarop een moeder in 2017 haar eerste kind kreeg, was 29 jaar. In 1987 was dat nog 25,7 jaar. Vanuit de ziekteverzekering wordt op vandaag anticonceptie voor vrouwen terugbetaald tot de leeftijd van 25 jaar.

Voorwaarden bij het voorstel om anticonceptie terug te betalen aan mensen met een leefloon

  • enkel op vraag van de cliënte, niet ambtshalve;
  • cliënten van OCMW Opwijk
  • enkel voor cliënten met recht op leefloon;
  • enkel voor vrouwelijke cliënten van 25 jaar tem 30 jaar, aanvullend dus op de verplichte ziekteverzekering;
  • betaling op voorlegging van betalingsbewijs (apotheker), BVAC-attest;
  • beperkt tot de normale tussenkomst die de ziekteverzekering tussenkomt tot de leeftijd van 25 jaar.
  • betaling na uitputting van eventuele bijkomende tussenkomst van het ziekenfonds in de aanvullende verzekering.

Lees hier meer over dit voorstel: Voorstel terugbetaling anticonceptie voor leefloners

Schepen kondigt terugbetaling aan

In antwoord op het voorstel bevestigde de schepen dat hij op 5 november met enkele medewerkers van het Sociaal Huis de aanzet gaf voor een voorstel tot terugbetaling van anticonceptie. Waar het oorspronkelijk voorstel beperkt is tot vrouwelijke leefloners tot 30 jaar, om de budgettaire impact in eerste fase onder controle te houden, wordt deze groep in het nieuwe voorstel uitgebreid, zowel in leeftijd als in doelgroep. We zijn dan ook verheugd dat het voorstel in die zin evolueert en dat extra investeringen worden gedaan in een kwetsbare groep en kijken uit naar de invoering van de principebeslissing ter zake.

 

Hoe zal Opwijk de nieuwe Vlaamse subsidies voor open ruimte inzetten?

De nieuwe Vlaamse regering heeft voor de steden en gemeenten een financieringslijn opengesteld voor het beheer en de vrijwaring van de open ruimte. De gemeenten ontvangen hieruit vanaf 2020 tot en met 2025 een jaarlijkse subsidie. Voor Opwijk gaat het om een subsidie die in 2020 ca. 44.000 euro bedraagt en daarna van jaar tot jaar toeneemt, tot ca. 262.000 euro in 2025. INZET becijferde dat dit voor Opwijk neerkomt op een bedrag van gemiddeld 165.000 euro per jaar.

Aan de uitkering van deze subsidies is geen enkele voorwaarde gekoppeld. Volgens INZET is het evenwel duidelijk dat er in Opwijk effectief nog voldoende uitdagingen liggen om de resterende open ruimte te vrijwaren. Gemeenteraadslid Luc De Ridder vroeg daarom op de gemeenteraad dat deze subsidiebedragen in de meerjarenplanning volledig zouden worden ingezet voor de financiering van concrete acties ter bescherming van de open ruimte. Het is voorlopig nog afwachten of de meerderheid van NVA en OpenVLD daar werk van zal maken in de meerjarenplanning die in december aan de gemeenteraad wordt voorgelegd.

Raadslid De Ridder wees er verder ook op dat de recent uitgevoerde bouwmeesterscan voor Opwijk alvast heel wat aanbevelingen en suggesties bevat om de verdere inname van open ruimte tegen te gaan. De bouwmeesterscan is een instrument waarmee lokale besturen voor het grondgebied van hun gemeente een diagnose kunnen laten opmaken van de ruimtelijke en beleidsmatige sterktes en zwaktes. Doel is de ontwikkeling van een concrete agenda van projecten en beleidsmatige ingrepen, voor de transitie naar een aangenamere, gezondere, beter uitgeruste en meer inclusieve leefomgeving, gekoppeld aan een zorgzamere en duurzamere omgang met het leefmilieu en met natuurlijke hulpbronnen. Luc De Ridder vroeg dan ook nogmaals om over de bevindingen van de bouwmeesterscan een open discussie aan te gaan tijdens de gemeenteraad, maar dan wel vooraleer de meerjarenplanning ter goedkeuring wordt voorgelegd. Tot op heden is dit niet gebeurd.

Voorstel verkeersveiligheid op Hof Ten Hemelrijk

Wie het park Hof Ten Hemelrijk al eens bezoekt heeft het ongetwijfeld al ervaren: geregeld rijden er wagens aan de achterkant van het Hof Ten Hemelrijk (parkzijde). Deze rijden het domein op via Nijdrop en verlaten het via het paadje aan de speeltuin. Met gevaarlijke verkeerssituaties tot gevolg.

Hoewel er duidelijk verkeersborden opgesteld staan ter hoogte van jeugdhuis Nijdrop, die het doorgaand verkeer moeten beperken, zijn er geregeld chauffeurs die zonder duidelijke reden gebruik maken van dit weggetje en er zich bij momenten op een racebaan wanen. Dit zorgt er voor dat er wagens passeren op slechts enkele meters van het speelplein. Chauffeurs die het niet zo nauw nemen met de snelheidsbeperking op dit pad brengen hierdoor de bezoekers van het park en het speelplein nodeloos in gevaar. Wandelaars, fietsers en spelende kinderen zijn vaak niet bedacht zijn op het doorrijdend verkeer daar.

Op de gemeenteraad van 22 oktober bracht INZET-raadslid Luc De Ridder daarom het voorstel van Lennart D’hulst om zowel aan de uitgang van het pad (ter hoogte van het speelplein) als achteraan het Hof ten Hemelrijk een paaltje te plaatsen, waardoor doorgaand verkeer niet meer mogelijk is en de kinderen in veiliger omstandigheden op het speelplein kunnen spelen.

Voorstelling plaatsing paaltjes Hof Ten Hemelrijk – INZET

Met deze kleine ingreep kunnen we er voor zorgen dat leveranciers en organisatoren met materiaal voor activiteiten in de Schuur en het Bakhuis nog wel langs Nijdrop de achterkant van het Hof ten Hemelrijk kunnen bereiken, zowel ter hoogte van de tent als van de achterzijde van het Bakhuis. Doorrijden via het grindpad is evenwel niet meer mogelijk.

De bedoeling is uiteraard dat het veiliger wordt voor spelende kinderen en wandelaars (een bord alleen blijkt onvoldoende…) en dat ongenode bezoekers met hun wagen niet meer op het park Hof ten Hemelrijk kunnen komen.

Om de toegang voor brandweer en hulpdiensten te verzekeren, kan gewerkt worden met kantelbare, neerlaatbare of anderszins flexibele palen.

Het schepencollege reageerde positief en beloofde alvast deze suggestie verder te onderzoeken op haalbaarheid.